Kabbalah.info - Kabbalah Education and Research Institute

Vrijheid van Wil

Bestaat er de vrijheid van wil?

In één van de oude gebeden wordt gezegd: 'O God! Geef mij de kracht om in mijn leven te veranderen wat ik kan veranderen; geef mij de moed om te aanvaarden wat niet in mijn macht is om te veranderen en geef mij de wijsheid om het éne van het andere te kunnen onderscheiden'. Maar waarop precies kunnen wij in ons leven invloed uitoefenen? Is de vrijheid van de aan ons toebedeelde zelfstandigheid van handelen afdoende om ons leven en lot te veranderen? Waarom ontvangt een mens via een natuurlijke weg, via zijn natuur deze kennis niet? Ondanks het feit, dat aan de basis van ons leven luiheid en een gezond egoïsme liggen, en daarmee de wens van een maximaal nemen bij minimale inspanningen, waarom verrichten wij dan, in tegenstelling tot dieren, ondoordachte en ondoeltreffende daden?

Is het denkbaar, dat wij daar actief zijn, waar alles van tevoren al ingeprogrammeerd is en dat ons meedoen veel passiever zou moeten zijn?

Mogelijkerwijs worden in veel levensomstandigheden keuzes vaak reeds voor ons gemaakt en toch lijken wij te denken dat de loop van gebeurtenissen van ons zelf afhangt. Misschien moeten wij wel ons leven ombouwen en ons niet voor te houden dat wij iets beslissen, maar het leven laten stromen uit zichzelf, terwijl wij afstand nemen en slechts in die gebieden actief zullen zijn die zich voor onze invloed lenen.

Kinderen verrichten onverstandige daden, omdat hun ontwikkeling (zoals bepaald door de natuur) nog onbewust plaats vindt of onder invloed van het instinct. Een volwassen mens bepaalt zijn doel en de wens om het te bereiken geeft hem de energie voor voortgang naar dat doel.

Klaarblijkelijk vergissen wij ons juist in het bepalen van de grenzen van onze mogelijkheden om ons doel te kunnen bereiken. Dat wil zeggen dat wij dan iets ongelofelijks wensen te bereiken of datgene willen veranderen, waar wij in het geheel geen macht over hebben.

De natuur geeft ons geen informatie over in welk opzicht wij daadwerkelijk vrij zijn en in welk opzicht slechts de illusie van de vrijheid bestaat. De natuur stelt ons in staat om ons te vergissen. Dat geldt voor elke mens individueel, als voor de hele mensheid. Haar doel is om ons tot teleurstelling te brengen in ons vermogen om iets in dit leven en in onszelf te veranderen, opdat wij allemaal in een toestand zouden gaan verkeren van een volledige verbijstering en desoriëntatie ten aanzien van de vraag 'hoe verder te leven'. Het is de bedoeling dat wij dan, na een pauze, zouden kunnen bepalen waar wij toch invloed op kunnen uitoefenen.

De essentie van vrijheid

In de algemene beschouwing over het leven kan men vrijheid tot de natuurwet rekenen, die het leven van alle kanten doordringt. Wij zien dat dieren in gevangenschap lijden. Dat is het bewijs van het feit, dat de natuur niet akkoord gaat met de onderdrukking van welke schepping dan ook. Het is niet toevallig dat de mensheid honderden jaren oorlog voerde, totdat men een zekere mate van vrijheid voor het individu bereikte.

In elk geval is onze voorstelling over vrijheid zeer vaag en als wij ons in de inhoud ervan zullen verdiepen, dan zal bijna niets van dit begrip over blijven. Want voordat men de vrijheid voor het individu opeist, dienen wij het streven tot vrijheid te veronderstellen bij elk individu.

Maar voor alles dient men zich er eerst van te vergewissen of een individu in staat is om naar zijn vrije wil te handelen.

Ons leven speelt zich tussen genieting en lijden af.

Als wij de handelingen van een mens analyseren, dan zullen wij ontdekken, dat ze allemaal door nood afgedwongen werden en werden verricht onder druk. De innerlijke aard van de mens en de uiterlijke omstandigheden dwingen hem om volgens het in hem ingeplante vastgestelde gedragssysteem te handelen, omdat de natuur ons klem zet tussen genieting en lijden. Wij hebben geen vrijheid om voor lijden te kiezen of genietingen af te wijzen. Het enige voordeel van de mens op het dier bestaat daarin, dat de mens in staat is om een verder gelegen doel te zien en daarom is hij in staat om met een zekere portie lijden in te stemmen, terwijl hij in de toekomst een compenserende beloning ziet.

Maar in werkelijkheid is hier niets anders werkzaam dan berekening. Nadat wij het voordeel hebben geëvalueerd, vinden wij dit de pijn waard en gaan ermee akkoord om pijn te verdragen omwille van de genieting in de toekomst. Zo laten wij ons opereren en betalen daar bovendien nog veel geld voor. Wij zijn bereid om hard te werken voor het verkrijgen van een goede baan. Dus alles draait om de berekening: wanneer wij het lijden aftrekken van de te verwachte genieting, houden wij een bepaald resultaat over.

Zo zijn wij allemaal ingericht. En degenen die ons niet rationeel en niet berekenend lijken, zoals romantici of zij die zich opofferen, zijn ook mensen met een bepaalde vorm van berekening, voor wie de toekomst bepalend is voor het heden. Zij zijn bereid vandaag uit hoofde van een toekomstideaal om voor anderen ongekend lijden aan te gaan, dat door ons wordt begrepen als opoffering of als heldendaad.

Maar ook in dit geval maakt het organisme in werkelijkheid bewust of onbewust een berekening. Het is psychologen bekend dat men prioriteiten kan veranderen in elke mens. Men kan hem aan leren om zaken zodanig te berekenen, dat de grootste lafaard een held zal worden. In de ogen van elke mens kan men een doel in de toekomst dermate verheven maken, dat de mens akkoord zal gaan met alle ontberingen omwille van die toekomst.

Hieruit volgt, dat er geen verschil bestaat tussen mens en dier. En als dit zo is, dan bestaat er geen vrije, verstandige wil.

Wie bepaalt onze genietingen dan wel?

Wij hebben geen vrije keuze en kiezen evenmin voor het soort genieting. Deze dient zich niet aan volgens onze keuze en vrije wil, maar hangt ook af van de wensen van anderen. Wij kiezen niet voor modetrends, voor onze levenswijze, onze hobby's, de invulling van de vrije tijd, voedsel enzovoort. Dat alles wordt in samenhang met de wensen en smaken van de omringende gemeenschap uitgekozen. En niet eens door het beste deel ervan, maar door de meerderheid.

Is het niet het gemakkelijkste om ons zo te gedragen dat wij niemand lastig vallen, waardoor ons gehele leven aan banden gelegd is door codes van smaken en manieren van de maatschappij, die in wetten van ons gedrag en leven zijn verankerd? En als dat zo is, zeg eens: waar is dan onze vrijheid? En als het inderdaad zo gaat, dan blijkt dat wij geen beloning of bestraffing krijgen voor welke van onze daden dan ook.

Waarom neemt iedereen zich toch waar als een individu? Wat is er aan ieder van ons voor bijzonders? Welke eigenschap in ons kunnen wij toch onafhankelijk veranderen? Als deze bestaat, zouden wij dit verplicht uit alle overige eigenschappen dienen te lichten en alleen deze eigenschap gaan ontwikkelen, want alle overige eigenschappen zullen toch al noodgedwongen gerealiseerd worden.

Vier basiselementen

In elke schepping bestaan vier basiselementen:

De Basis. Het oorspronkelijke materiaal van een wezen, waaruit het is ontstaan.

De onveranderlijke eigenschappen van de basis worden gevormd door de (volg)orde van zijn ontwikkeling. Het vergaan van tarwezaadje in de grond bijvoorbeeld, roept het verschijnen van een nieuwe spruit tarwe van hetzelfde soort op. Een zaadje vergaat, zodat zijn uiterlijke vorm volledig verdwijnt. Zo valt ook ons lichaam in de grond uiteen, maar basis blijft over en geeft een nieuwe spruit, zoals onze ziel dwingt een nieuw lichaam geboren te doen worden om in hem in te kunnen bedden.

De onveranderlijke eigenschappen van de basis.

De basis (in dit geval zaad) zal nooit de vorm van andere graangewassen, zoals haver overnemen, maar alleen van de voorgaande vorm, die verloren ging, dus in dit geval de vorm van tarwe. Er zijn bepaalde veranderingen mogelijk in de hoeveelheid en kwaliteit van nieuwe spruiten, die van het milieu afhankelijk zijn, zoals van de grond, mest, vocht en zon, echter de basis van tarwe (dus van de vorige essentie) ondergaat geen verandering.

De eigenschappen, die veranderen onder invloed van uitwendige krachten.

Onder invloed van uitwendige factoren verandert een omhulsel in essentie kwalitatief niet, want zaad blijft zaad, maar zijn uiterlijke vorm verandert en hangt met het milieu samen. Aanvullende uitwendige kwaliteiten beïnvloeden elkaars essentie en vormen een nieuwe kwaliteit onder invloed van het milieu. Dat milieu kan de inwerking zijn van zon, grond, mest, vocht, regen op het zaadje en de maatschappij, groep, boeken en de Leraar op de mens.

Veranderingen van uitwendige krachten.

De mens heeft een omgeving nodig, die zich ontwikkelt en onophoudelijk invloed uitoefent op de ontwikkeling van de mens. De mens beïnvloedt zijn omgeving, terwijl hij zich ontwikkelt, waarbij hij de omgeving tot groei aanzet, hetgeen de mens weer verheft. Op die manier groeien de mens en zijn omgeving parallel aan elkaar.

Door vier factoren worden alle toestanden van elk schepsel bepaald. Zelfs als een mens etmalen met onderzoek zou doorbrengen, ook dan zal hij toch niets kunnen veranderen of toevoegen aan datgene, wat hem door deze vier factoren is verstrekt.

En hoe ook wij denken, wat wij ook doen, wat wij ook zouden verkrijgen; alles ligt slechts in deze vier factoren besloten. Elke toevoeging die de mens zal vinden, zal slechts kwantitatief zijn, bepaald door een grotere of kleinere mate van begrip. Kwalitatief valt er hieraan absoluut niets toe te voegen. Deze vier factoren bepalen verplichtend ons karakter, wijze van denken en conclusies.

Zijn essentie - dit kan de mens niet veranderen.

De wetten, waardoor zijn essentie verandert - dat kan de mens niet veranderen.

De wetten van verandering van zijn innerlijke eigenschappen afhankelijk van uitwendige uitwerkingen - dat kan de mens niet veranderen.

De omgeving, waar de mens volledig van afhankelijk is, kan door de mens veranderd worden! Als de mens in het heden op zijn omgeving invloed kan uitoefenen, dan bepaalt hij daarmee zijn toekomstige toestand. Het enige, waar omgeving invloed op kan uitoefenen, is de kwaliteit en de hoeveelheid. De omgeving beïnvloedt dus het tempo en de kwaliteit van de levensweg, die een mens zal doorlopen. Zal hij hem met pijn doorlopen, in angst, in lijden, in duizenden bloedvergietende oorlogen of zal hij hem kalm en comfortabel doorlopen, daar hij zelf naar het doel streefde.

Daarom roepen kabbalisten op om centra te openen voor uitleg en studie, om groepen te vormen en zo een goede omgeving tot stand te brengen voor degenen, die het doel van de schepping wensen te bereiken.

Vrijheid van keuze

Ondanks het feit, dat wij onze basis niet zelf kunnen bepalen en ook niet waar en hoe we geboren worden, kunnen wij op deze drie eerste factoren invloed uitoefenen door de bewuste keuze van onze omgeving, welke onze vrienden, boeken en Leraar zijn. Maar na de keuze van de omgeving wordt onze toekomstige toestand mede bepaald door wat onze omgeving ons kan geven.

Er is de vrijheid om een omgeving te kiezen uit die Leraren, boeken en kameraden, die goede gedachte zullen oproepen. Als een mens dat niet doet, maar bereid zal zijn om in de eerste de beste omgeving te leven en elk willekeurig boek te lezen, dan zal hij natuurlijk in een kwalitatief mindere omgeving terechtkomen of zal tijd doorbrengen met het lezen van nutteloze boeken, waar er veel van zijn die ook nog prettig zijn om te lezen. Als gevolg daarvan zal hij zeker een kwalitatief mindere opleiding ontvangen, die hem tot een minder zinvol gedrag in het leven zal leiden.

Hieruit wordt duidelijk, dat bestraffing of beloning niet voor zijn slechte gedachten en daden, waarin bij hem geen keuze bestaat, maar voor het feit, dat hij geen goede omgeving had gekozen. Daarin bestaat wel de mogelijkheid tot keuze. Men dient een mens zodanig te oordelen en corrigeren, zodat hij begrijpt dat men hem niet voor een misstap zelf veroordeelt, maar voor zijn keuze van een verkeerde omgeving.

Daarom zal degene, die inspanningen in zijn leven levert en telkens de beste omgeving kiest, succes waardig worden. Dit is niet wegens zijn goede gedachten, die bij een mens onwillekeurig kunnen ontstaan, maar wegens zijn ijver in het telkens kiezen van de beste omgeving, die hem tot die gedachten brengt. Degene, die telkens de beste omgeving kiest bereikt zijn beloning: zijn volgende, betere, meer gevorderde toestand.

'Het Boek Zohar' geeft het voorbeeld over een arme wijze man, aan wie een rijkaard voorstelde om bij hem te komen wonen. Daarop kreeg hij een weigering: 'Onder generlei omstandigheden zal ik mij vestigen in een plaats, waar geen wijzen zijn!'. - 'Maar je bent toch de grootste wijze van je generatie!', - riep de rijkaard uit, - 'bij wie kan je nog leren!'. En hij hoorde als antwoord, dat als zelfs zo'n grote wijze zich onder ongeletterden zou begeven, hij zeer snel op hen zal gaan lijken.

Daarom dient men te handelen volgens een bekende instructie: 'Maak jezelf een Leraar en koop jezelf een kameraad'. Dus, creëer voor jezelf een juiste omgeving, want alleen de keuze van een juiste omgeving kan de mens succes brengen. Nadat de mens een omgeving heeft gekozen, is hij in zijn handen gegeven, als leem in handen van beeldhouwer. Wij bevinden ons in de gevangenschap van de egoïstische natuur. Om onder de macht daarvan uit te komen moeten wij uit de waarnemingen van onze wereld in die van de hogere wereld zien te komen.

Aangezien wij geheel in de macht van deze wereld zijn, bestaat het middel voor het zich daaruit losmaken van zijn macht om rondom zichzelf, in plaats van onze natuurlijke egoïstische omgeving, een kunstmatige omgeving te scheppen. Een groep, die gezamenlijk streeft om onder de macht van de omgeving uit te komen en wil onder de macht terechtkomen van een omgeving, die geleid wordt door de wet van de hoge wereld.

Het zich bevrijden van de invloeden van een egoïstische omgeving; het zich losmaken van deze macht en het in zichzelf eigenschappen ontwikkelen om te geven en dit naar het licht brengen, dat is onze vrije realisatie en de eigenschap van geven zelf die ontstaat vanuit de vrijheid van wil.

Bescherming ontvangen uit drie overige factoren

De mens handelt onder invloed van innerlijke factoren die zijn ingeplant en voor de uitwerkingen in de buitenwereld is hij niet meer dan hun uitvoerend mechanisme.

Als een mens wenst om onder dit bestuur van de natuur uit te komen, dient hij zich te plaatsen onder het bestuur van de door hem gekozen omgeving. Dus hij dient zich een Leraar uit te kiezen, een groep en boeken opdat zij hem opleggen, wat hij dient te doen, aangezien de mens altijd het afgeleide is van deze vier maatstaven.

De macht van het verstand boven het lichaam

Het verstand van de mens is het gevolg van zijn levensomstandigheden, is een afspiegeling van die gebeurtenissen en omstandigheden, welke zich boven de mens voordoen. Een correcte aanwending van het verstand bestaat in het willen naderen tot het nuttige en het zich willen verwijderen van het schadelijke.

De fantasie van een mens maakt gebruik van het verstand, zoals ogen van een microscoop. Nadat de mens met behulp van een microscoop voor hem schadelijke kleine organismen ontdekte, begon hij zich van deze schadelijke organismen te ontdoen. Dus de microscoop en niet een waarneming via de ogen, stelt een mens in staat om schade te ontlopen als de schadeveroorzaker (microbe, bacterie, virus) niet gezien wordt.

Wij zien dat in situaties waarin het lichaam niet in staat is om schade of voordeel te onderkennen er een noodzaak ontstaat, om het verstand te gebruiken. Het verstand stelt ons in staat om het negatieve te vermijden en het goede te gebruiken en in dat opzicht heerst het verstand volkomen over het lichaam van de mens. Naarmate duidelijker is, dat het verstand het gevolg van levenservaring is, is een mens bereid om het verstand en de wijsheid van een ander die hij vertrouwt, als wet te aanvaarden.

Dat kan men vergelijken met een mens die zijn arts een advies vraagt en zijn raad uitvoert: ondanks het feit, dat hij niets van geneeskunde begrijpt, vertrouwt hij op het verstand van de arts. Op die manier maakt hij gebruik van het verstand van anderen, hetgeen niet minder helpt dan zijn eigen verstand.

Twee wegen van bestuur

Er bestaan twee wegen van bestuur, die een mens het bereiken van het doel van de schepping garanderen:

de weg van lijden;

de weg van de Kabbala.

De weg van de Kabbala bestaat daarin, dat wij ons aan het inzicht van wijzen toevertrouwen, die het doel van de schepping al hebben bevat middels hun eigen levenservaring. Maar hoe kan ik er zeker van zijn, dat het inzicht waaraan ik mij toe wil vertrouwen, daadwerkelijk het ware is? Aan de andere kant is het probleem, dat als ik het inzicht van een wijze niet zal gebruiken zoals het advies van een arts, dan doem ik mijzelf tot een lange weg van lijden, zoals een zieke, die het advies van zijn dokter weigert en zelf geneeskunde begint te bestuderen. Hij is echter wel ziek en kan doodgaan aan zijn ziekte voordat hij in zal slagen de wijsheid te bemachtigen.

Zo is de weg van lijden in verhouding tot de weg van de Kabbala. Wie niet in de wijsheid gelooft, die de Kabbala aanraadt te aanvaarden, kan proberen deze wijsheid zelf te bereiken, na het lijden te hebben doorgelopen. Dat is jammer, want er bestaat een ervaring die het proces intens versnelt, in staat stelt om het kwaad waar te nemen en zich ervan te verwijderen naar een goede omgeving die het verschijnen van correcte gedachten en daden inspireert.

De meerderheid volgen

Overal, waar onenigheid ontstaat tussen het individu en de meerderheid, dienen wij een beslissing te nemen in overeenstemming met de wens van de meerderheid. Maar deze wet duwt de mensheid achteruit, want de meerderheid is niet ontwikkeld en ontwikkelden vormen altijd een kleine minderheid binnen de gemeenschap.

Aangezien de natuur echter bepaalt dat wij in een gemeenschap moeten leven, moeten wij ons aan alle wetten van een maatschappij aanpassen. Dat eist de natuur van ons, ook al kennen wij de zin van zijn wetten niet. De wet om de regels van een menselijke samenleving te volgen is een natuurwet en wij zijn verplicht om dit zorgvuldig na te leven, terwijl ons begrip daarvan niet van belang is.

De inhoud van de wet, waar hiervoor op gedoeld wordt, bestaat eruit om in onszelf de bewustwording te ontwikkelen van het feit, dat:

liefde tot zichzelf als kwaad en

liefde tot een ander als goed te bestempelen is,

omdat dit is de enige manier is om tot liefde tot de Schepper te komen.

De meerderheid heeft echter geen recht om de mening van het individu in zijn verhouding tot de Schepper te beperken en iedereen is daarin vrij zo te handelen als hem goeddunkt. Juist daaruit bestaat zijn persoonlijke vrijheid.

Dus de betrekkingen tussen de mens en de Schepper worden door de mens zelf geregeld, terwijl alle overige wetten van het gedrag gereglementeerd worden door de regel om 'de meerderheid te moeten volgen'.

In het leven in een maatschappij geldt de wet van ondergeschiktheid van minderheid aan meerderheid. Maar op welke grond neemt een meerderheid het recht om de vrijheid van het individu te onderdrukken en hem van het meest dierbare te beroven wat hij in zijn leven heeft - zijn vrijheid?

Bestaat er hier nog iets anders dan geweld? Aangezien de natuur ons verplicht om in een gemeenschap te leven, is het vanzelfsprekend dat elk lid van een gemeenschap de verplichting heeft om de gemeenschap te dienen, om voor zijn voortbestaan zorg te dragen en zijn bloei te bevorderen.

Dat kan niet anders verwezenlijkt worden dan door wet van 'ondergeschiktheid van minderheid aan meerderheid'. Dat houdt in dat niet ieder kan handelen naar eigen dunk. Hij is verplicht om zich naar de wet te schikken, die in een gegeven maatschappij aanvaard is.

Maar het is volkomen duidelijk, dat indien er geen belangen van het materiële leven van een gemeenschap in het geding zijn, er geen recht en rechtvaardiging voor meerderheid is om in welke mate en vorm dan ook de vrijheid van het individu te beperken en te beknotten. Degenen, die dat wel doen zijn misdadigers, die kracht boven rechtvaardigheid verkiezen. In dit geval verplicht de natuur het individu niet om zich aan de wens van meerderheid te onderwerpen. In het geestelijke leven geldt de wet voor de meerderheid om het individu te volgen.

In elke volgende generatie zijn individuen meer ontwikkeld. En als een maatschappij de noodzaak beseft om zich van lijden te bevrijden, terwijl men begint zich volgens de natuurwetten te ontwikkelen, en niet naar eigen dunken, dan dient een gemeenschap zich aan het individu ondergeschikt te maken en diens aanwijzingen te volgen.

Dus, met betrekking tot de geestelijke ontwikkeling, wordt het recht van meerderheid hun plicht en geldt de wet om het individu te volgen, althans een ontwikkeld individu. Ontwikkelde en opgeleide individuen maken maar een klein deel van een gemeenschap uit en successen en verworvenheden van een gemeenschap in de geestelijke sfeer worden dus door minderheid bepaald.

Hiervan uitgaande dient een gemeenschap ideeën van deze individuen te behoeden zodat ze niet uit deze wereld verdwijnen. Het is wenselijk dat een gemeenschap zich ervan bewust is, dat zijn redding niet in handen ligt van de heersende meerderheid, maar juist bij bijzonder ontwikkelde individuen.

Door ervaringen op te doen raakt de mensheid er meer en meer van doordrongen, dat ondanks alle pogingen om de loop van de geschiedenis en de ontwikkeling van de maatschappij in een bepaalde richting te veranderen, het leven zijn eigen gang lijkt te gaan en dat alles zich ontwikkelt volgens een niet van ons afhankelijk scenario.

Overheerst het noodlot ons dan?

Het bestuderen van het heelal vanuit de kabbalistische methode onthult ons, dat de essentie van de kroon van de schepping - de mens - uit drie delen bestaat:

het eerste deel is dierlijk, dat lichamelijke wensen om voedsel, seks en een dak boven het hoofd inhoudt, dus datgene, wat in elk individu terug te vinden is, onafhankelijk van een soort gemeenschap;

het tweede deel is menselijk, dat zijn uitdrukking vindt in wensen naar rijkdom, eerbetoon (roem, macht) en kennis, dus al datgene waarin wij van een gemeenschap afhankelijk zijn;

het derde deel is spiritueel, dat de wens voor een hogere oproept en in ons ontstaat vanuit de waarneming van dood, onvoltooidheid van het leven en de onbekendheid met de bron van onze oorsprong.

Een mens wordt in deze wereld geboren om gedurende zijn leven de hoge wereld in zich te openbaren. Dan bestaat hij in beide werelden en na het sterven van zijn lichaam neemt hij de spirituele wereld identiek waar, zoals hij dit tijdens zijn leven in het lichaam waar nam. Als gedurende zijn verblijf in deze wereld een mens de hoge wereld niet bereikte, zal zijn ziel opnieuw in deze wereld neerdalen. De ziel zal zich juist voor dat doel in een biologisch lichaam hullen. De ziel kan alleen de hoge wereld onthullen terwijl zij in het lichaam ingebed is.

Hieruit wordt duidelijk, dat:

deze totale wereld en ons verblijf daarin zijn slechts bestemd voor het ons tijdens het leven gaan onthullen van de hoge wereld;

het eerste (dierlijke) en het tweede (menselijke) deel van de mens bestaan niet op zichzelf. Hun rol wordt slechts in de mate bepaald, waarin ze aan onze realisatie van het derde deel (geestelijke) bijdragen, dus aan onze missie, die bestaat uit de ontwikkeling naar het hogere, in de openbaring van de hoge wereld terwijl wij in deze wereld verblijven. Alle verrichtingen van een mens worden alleen naar de mate van hun verband met zijn spirituele vooruitgang geëvalueerd, omdat juist zijn geestelijke deel veranderingen dient te ondergaan;

het eerste en het tweede delen van de mens veranderen niet uit zichzelf en niet afhankelijk van onze wensen, maar slechts naar de mate van noodzakelijkheid van realisatie van het derde (spirituele) deel;

in onze daden, die verbonden zijn met handelingen in het eerste en het tweede deel, is ons de vrijheid van wil ontzegd. Deze daden zijn door de natuur taai in ons geplant, waarbij ze een hardnekkige structuur in onze opbouw vormen. Door onze daden in samenhang met onze geestelijke ontwikkeling te verkiezen, bepalen wij daarmee alle onze overige toestanden in het eerste en het tweede deel, dus in het dierlijke en menselijke en natuurlijk in het derde deel;

door vruchteloze verrichtingen te weigeren, die met lichamelijke en menselijke wensen te maken hebben en onze inspanningen te concentreren op het ontdekken van de hoge natuur, op het hoge bestuur, ontvangt de mens daarmee de mogelijkheid om alles in deze wereld te besturen (in de eerste twee delen). Met andere woorden, de weg naar het bestuur over deze wereld ligt in de hoge wereld. En dat is begrijpelijk, want uit de hoge wereld dalen alle signalen van het bestuur neer evenals alle gebeurtenissen en zij verschijnen voor ons in hun voltooide vorm.

Daarom is de afwijzing van realisatie van zijn wensen via deze materiële wereld, weigering van vruchteloze pogingen van het zich vullen in deze materiële wereld houdt in de weigering van vruchteloze pogingen in het veranderen van zijn lot, terwijl de onthulling van de hoge wereld betekent het zich aansluiten in het algemene bestuur over het heelal.Het aangeboden materiaal laat zien in hoeverre alle daden van de mens en zijn toestanden in deze wereld voorbeschikt zijn. Dat zijn allen, behalve één, die alle overige bepaalt: het streven naar de hoge wereld, naar zijn onthulling en naar het beheersen van de wetten van het hoge bestuur.

Vragen en antwoorden:

Wat is de wetenschap Kabbala?

De wetenschap Kabbala is de methode voor de onthulling van de enige het hele heelal besturende Hoge kracht aan iedereen die zich in deze wereld bevindt.

Wat bestudeert de wetenschap Kabbala?

De wetenschap Kabbala bestudeert de bron, het proces van de ontwikkeling en inrichting van het heelal, zijn oorzakelijke verbanden, het doel, de plaats van de mens daarin en de praktische toepassing van deze kennis bij het oplossen van de vraag over de taak van de mens in de wereld.

Waar heb ik het voor nodig om de Kabbala te bestuderen?

De studie van de wetenschap Kabbala stelt de mens in staat om antwoord te geven op de vraag over reden en doel van zijn bestaan, zijn plaats in het heelal te bepalen, te onderzoeken en voor de allerbeste mogelijke oplossingen te kiezen om zijn toestand tot een betere te veranderen.

Waarmee onderscheidt de Kabbala zich van een gewone geestelijke beweging?

De wetenschap Kabbala is de methode voor het bestuderen en praktische beheersing van de wet van het heelal die voor allen is geopenbaard. Zoals de Kabbala zelf beweert, naarmate aan de mens zijn volledige desoriëntatie, hulpeloosheid en de dreiging tot zelfvernietiging steeds duidelijker voor ogen komt te staan, zal de mensheid doordrongen worden van de noodzaak om het ware doel van het bestaan van de wereld te onthullen en dan zal de onvermijdelijkheid ontdekt worden van de beheersing van de kabbalistische kennis.

Heeft de Kabbala betrekking op een bepaalde nationaliteit. Kabbala is toch een joodse leer?

De grondslagen van de Kabbala werden ontdekt door een zekere Abraham, een bewoner van de antieke Mesopotamië. Hij maakte een begin aan de methodische ontwikkeling en hij schreef het eerste boek der Kabbala: 'het Boek der Schepping'. Zijn leerlingen, verwanten, slaven en nakomelingen organiseerden zich tot een groep die zijn erfenis bestudeerden. Deze groep ging zich vervolgens 'het volk Israël' te noemen, hoewel hun kenmerken bewijzen dat zij een deel van het oud-perzische volk waren (dat bevestigen tevens genetische onderzoekingen).

Wie is de leider van de organisatie?

Heden is de organisatie 'Bnei Baruch', die honderdduizenden studerenden over de hele wereld telt, de grootste organisatie in het bestuderen en verspreiden van de Kabbala. De leider van de organisatie is de kabbalist Michael Laitman (naar zijn universitaire opleiding is hij biocyberneticus).

Waarom is de opleiding gratis en door welke middelen wordt zij gegeven?

De verspreiding van de kabbalistische kennis brengt iedereen die dit beheerst tot het correcte gedrag in deze wereld en uiteindelijk brengt dit vrede en goedheid in de wereld. Daardoor worden degenen die de Kabbala studeren doordrongen van het besef van de relevantie van het verstrekken van deze kennis aan iedereen die dat wenst.

Daarom stellen wij alle verzamelde kennis gratis beschikbaar aan alle belangstellenden via onze site op internet (http://www.kabbalah.info) in 22 talen van de wereld. De ondersteuning van de site wordt door vrijwillige bijdragen van de leden van de organisatie bekostigd. De organisatie geeft allerlei leermiddelen uit. De verkregen opbrengst stelt ons in staat om alle activiteit van de organisatie te ondersteunen.

Wie zijn de sponsors van publieke evenementen en acties?

De deelnemers van publieke evenementen en acties sponsoren over het algemeen zelf hun evenementen.

Met welke middelen handhaaft de organisatie zich?

Op de vrijwillige bijdragen van elk lid.

Hoe is de organisatie opgebouwd?

De organisatie bestaat uit een leerafdeling en een zakelijke afdeling. De leider van het leerproces is de kabbalist Michael Laitman. Met enkele van zijn assistenten bepaalt hij het hele leerproces op alle niveaus in verschillende groepen.

Het leerproces heeft geen aanrakingspunten met de overige activiteiten van de organisatie, zoals het uitgeven van leermiddelen, de organisatie van congressen en seminaars, advertenties, de huishouding van de organisatie en dergelijke. Dit soort aspecten leiden die leden van de organisatie die hoofd zijn van dienovereenkomstige afdelingen en onderafdelingen zelf. De overige leden van de organisatie participeren vrijwillig in haar activiteiten.

Welke aanpak wordt aangewend in het leerproces?

Eerst worden klassieke kabbalistische bronnen bestudeerd: 'het Boek van de Schepping', 'het Boek Zohar', werken van AR'I, werken van Baal Soelam en werken van Rabash. Alle lessen en lezingen worden uitgezonden in het voor iedereen open internationale systeem van Internet in de talen: Hebreeuws, Russisch, Engels in simultane vertaling.

Hoe is de methode opgebouwd?

In het leerproces van de inrichting van de Hoge werelden begint de leerling geleidelijk hun structuur en vorm, karakter en eigenschappen waar te nemen. Dat is te vergelijken met het leren beheersen van elke praktische vaardigheid in onze wereld. Een gewoonte en training doet in de mens de mogelijkheid ontstaan om het voorheen onvoelbare, ontglippende te gaan waarnemen. De gewoonte zelf schept in een studerende de juiste voorwaarden om de voor de moderne mens niet voelbare fijnere laag van het heelal, die zich buiten, rondom onze waarneembare wereld bevindt, waar te leren nemen.

Welk resultaat geeft het in een groep lezen van de leerstof?

Het in de groep lezen van het leermateriaal schept bij ieder groepslid een grote predispositie tot verhoging van gevoeligheid voor fijne vibraties van het heelal. Dit is mede afhankelijk van zijn band met de groep. In het leerproces ontwikkelt de studerende als het ware een nieuw zintuig, dat hem de aanvullende uitwendige sfeer onthult rondom de door ons waarneembare wereld. In deze sfeer ontstaan alle toekomstige gebeurtenissen, die vervolgens in onze wereld neerdalen.

Ook al onze handelingen worden in deze wereld op dat uitwendige niveau gefixeerd en dit is bepalend voor toekomstige gebeurtenissen. Door het op die manier verkrijgen van een reële waarneming van een uitwendige, hogere informatielaag is degene die waarneemt beter in staat om correcter te handelen, om tot de allerbeste en meest comfortabele toestand te komen voor zichzelf en voor anderen.

Waarom is de kabbalistische methode opgebouwd op een groepsaanpak en waarom kan men zich niet individueel ontwikkelen?

Er wordt een grote concentratie van aandacht vereist om te komen tot ontwikkeling van de mogelijkheid van het waarnemen van subtiele sensaties in zichzelf. Medecursisten helpen elkaar effectief hierbij door hun aanwezigheid en deelneming.

Kabbala en drugsverslaving: kan de Kabbala een alternatief worden voor drugsverslaving? Indien ja, zal het dan niet een substitutie van één door een ander worden?

Aangezien de wetenschap Kabbala een mens de ware doelen van zijn bestaan openbaart, namelijk het brengen van de mens tot de toestand van de eeuwigheid en volmaaktheid in dit leven, zullen de redenen die een mens tot de drugsverslaving brengen verdwijnen. Als men de pubers laat zien wat het ware doel van het leven van de mens inhoudt; de mogelijkheid tot het bereiken van de volmaaktheid, van het oneindige bestaan, van de onbeperkte bevatting en macht, zal deze kennis beslist alle problemen van drugsverslaving, van crimineel gedrag en alle ondeugden van de mensheid doen stopzetten.

De wetenschap Kabbala beweert, dat de reden van een dermate evidente manifestatie van alle mogelijke ondeugden in onze tijd slechts één doel heeft: om aan mensen de onvermijdelijkheid van de bevatting van het heelal te onthullen, de mens op zijn doel wijzen en hem daardoor tot geluk brengen.

Het gebruik van drugs. Hoe verklaart de Kabbala dit fenomeen. Staat een toestand van bedwelming door het gebruik van drugs dicht bij spirituele genietingen?

Het gebruik van drugs is het ontvluchten van lijden en naarmate het lijden in onze wereld zal steeds blijven groeien zal het gebruik van drugs (en alcohol) blijven toenemen. Dit blijft totdat de mens de noodzaak zal erkennen het heelal te onthullen en te begrijpen waarom het hem zo vergaat.

Vanaf het ontstaan van de menselijke beschaving neemt het egoïsme in de mens, ofwel de wens om te genieten, van generatie tot generatie toe. In het proces van duizenden jaren van ontwikkeling ging het egoïsme door een proces van het streven naar dierlijke genietingen, vervolgens naar rijkdom, naar roem, naar macht en naar kennis.

In onze tijd kwam dit proces tot een einde. De wens tot kennis is de laatste, allerhoogste binnen de perken van onze wereld en de mens begint een gevoel van uitzichtloosheid te ondervinden, want 'er blijft niets meer te wensen over'. De volgende wens, die zich in de mens dient te vertonen is het streven naar de Hoge wereld, naar zijn wortel en oorzaak.

Bestaan er voorbeelden van genezing van drugsverslaving middels de Kabbala?

Onder onze leerlingen zijn er mensen die in het verleden drugs gebruikten. Met het zich verdiepen in het leren hielden de drang en zelfs de gewoonte vanzelf op hen bezig te houden, aangezien de sensaties via de Kabbala veel scherper en boeiender zijn.

De Kabbala is de wetenschap over het ontvangen van genieting. Waarom moet ik ontvangen, ik geniet zo toch ook?

De Kabbala is bedoeld om de mens een antwoord te geven op de vraag naar de oorzaken van zijn lijden, opgebrandheid en ontevredenheid. Als bij een mens deze vraag niet opkomt, dan heeft hij geen Kabbala nodig. In de wetenschap Kabbala komt men met een vraag: 'Wat is de zin van mijn leven?' en juist daarop ontvangt men het antwoord met de onthulling van de zin van het heelal en ieder die daarin verblijft.

De Kabbala zegt, dat in onze wereld de wet van beperking geldt, dus zodra wij ons hebben bevredigd verdwijnt de genieting. Maar op het moment dat ik een aardse genieting ontvang, geniet ik toch, al is het maar voor even. Maar ik geniet, dus dan hebben wij hier toch datgene waarvoor het de moeite waard is om voor te leven?

De vraag is wat men 'leven' noemt. De Kabbala noemt het echte leven een genieting en zegt, dat het doel van het bestaan bestaat in het ons vullen met onvergankelijke, eeuwige en volmaakte genieting. Zo'n genieting is volkomen tegengesteld is aan een door ons waargenomen nietige genieting, qua grootte en duur van de sensatie. Het doel van de Kabbala is om de mens tot de volmaaktheid en eeuwigheid te brengen en daarmee tot de volmaakte en eeuwige genieting.

In het geestelijke heeft genieting geen tendens tot beperking. Maar hoe kan ik begrijpen dat ik oneindig geniet als ik niets heb waarmee ik het kan vergelijken, dus met het ontbreken van genieting? Bestaat er zo'n begrip als verzadiging in het geestelijke?

Een geestelijke genieting is een onophoudelijk ontwikkelende genieting en daarom is juist deze genieting niet afnemend, maar groeiend en eeuwig. Dit is zo sterk, dat een mens zelfs bij het afscheid nemen van zijn aardse lichaam een andere, een nog hogere genieting dan tijdens zijn leven proeft en geen dood ondervindt, aangezien zijn genieting hoger staat dan het niveau van leven en dood van het aardse lichaam.

De Kabbala en hypnose: bestaat er een verband, en als dat niet zo is, hoe beargumenteert u dat en hoe kom ik daarover te weten?

De wetenschap Kabbala is de methode tot individuele beheersing van de wereld waarin wij allemaal bestaan. Studerenden ontvangen kennis uit één bron, delen met elkaar in hun ervaringen en toetsen ze aan zichzelf in verscheidene levenssituaties.

De Kabbala verplicht een mens om getrouwd te zijn, gezin te onderhouden, te werken, zijn burgerlijke verplichtingen te vervullen, zijn omgangskring niet te beperken en zich niet af te zonderen, maar deze wereld juist te aanvaarden als speciaal geschapen om daaruit aan de Hoge wereld in zijn ondervindingen toe te voegen.

Wordt er in de Kabbala gebruik gemaakt van meditatie en indien niet, wat is dan de intentie?

In de Kabbala is een concentratie nodig om door beelden van deze wereld heen de enige over de hele natuur besturende kracht te ontdekken.

De Kabbala zegt, dat de mens gedreven wordt door puur egoïstische motivaties, dus de mens bestaat volledig uit de wens om te ontvangen. Hoe verklaart u dan voorbeelden van verschillende heldendaden, wanneer mensen de dood tegemoet gingen omwille van een idee of voor het heil van een maatschappij. Wat konden ze ontvangen in deze situatie, zij zouden toch doodgaan?

Onder egoïstische daden van de mens zijn ook het soort daden die ons ons volkomen onzelfzuchtig lijken. Dat komt, omdat wij de structuur van onze egoïstische natuur niet volledig kennen en sommige motivaties, als liefde en zelfopoffering lijken ons niet egoïstisch maar altruïstisch. Men kan slechts een daad altruïstisch noemen indien een mens geen één van zijn wensen vult.

Zo''n daad is de mens niet in staat om te verrichten, omdat hij de daarvoor benodigde energie niet zal opbrengen. Daarom bevinden wij ons in de volledige macht van onze egoïstische natuur. Het onder haar wetten uitkomen is slechts mogelijk, indien wij een andere natuur zullen verkrijgen, wanneer het geven zelf tot een genieting geworden is. Dat is slechts mogelijk middels de kabbalistische methode van het aantrekken van het Hogere, het egoïsme corrigerende licht dat 'Or Makief' heet.

Moet ik een of andere verplichting op mij nemen of moet ik iets geven, als ik mij met de Kabbala bezighoud?

Afhankelijk van de ernst van de vraag in een mens over de zin van het leven is hij bereid om aan het bestuderen van de methode voor het bereiken van de zin van het leven een overeenkomstige hoeveelheid tijd, energie en middelen te besteden. Aangezien het bevatten van de materie slechts mogelijk is in een nauwe vriendschappelijke groep van studerenden, dient de mens inspanningen te leveren tot het naderen van zijn kameraden in een groep. Zoals bekend is, is er niets beters om tot elkaar te komen dan gemeenschappelijke maaltijden, picknicks, en dergelijke.

Eigenlijk wordt ook in een groep van de Kabbala studenten zulke gezamenlijke evenementen aangemoedigd. Daar aan deelneming aan zulke evenementen bepaalde materiële kosten verbonden zijn, dient elke persoon daarin op gelijke voet met allen te participeren. Maar alles dat in een groep studerenden gebeurt, gaat uit van een vrijwillige en behoedzame houding ten opzichte van elke deelnemer. Het is wel wenselijk dat studerenden participeren in evenementen ter verspreiding van de wetenschap Kabbala en in het onderwijzen van beginners.

Onderscheiden kabbalisten zich van andere mensen wat betreft een bepaald kenmerk, zoals bijvoorbeeld hun moraal?

Een kabbalist ondergaat een verandering slechts naar de mate van zijn correctie. Aanvankelijk loopt hij een periode door van de bewustwording van zijn egoïsme als zijn eigen kwaad. Gedurende deze periode groeit het egoïsme in hem onophoudelijk door, omdat het zo sterk dient te worden, dat het aan de mens absoluut duidelijk wordt, dat hij niet in staat is het te overwinnen en dat zijn egoïsme zijn enige kwaad is. Daarom is kabbalist in deze periode nog egoïstischer dan mensen die hun egoïstische ontwikkeling niet doorlopen.

Deze periode kan enkele jaren duren. Vervolgens begint de periode van het uitstoten van het egoïsme, wanneer kabbalist zich sterk negatief verhoudt tot de manifestatie van egoïsme, zowel zijn eigen egoïsme als dat van anderen. Omgekeerd, hij verhoudt zich sterk positief tot de manifestatie van het goede in zichzelf en in anderen. De volgende fase is, dat de kabbalist mensen alleen positief beoordeelt, omdat hij het bestuur van de Schepper al volledig rechtvaardigt.

Zijn er voorbeelden van ethische aard, voorbeelden van barmhartigheid van de kant van kabbalisten van nu of van vroeger?

Kabbalist in geen geval een allesvergevende en barmhartige, omdat hij beseft dat het bestuur van de Schepper rechtvaardig en waarachtig is. Daarom beoordeelt hij lijden als noodzakelijk en tracht niet 'door zijn medelijden de wreedheid van de Schepper te compenseren'. Dus hij is in geen geval barmhartiger dan de Schepper, die aan een mens alles toezendt wat nodig is voor zijn vooruitgaan naar het Doel van de schepping.

Een vraag over de geschiedenis van kabbalisten: wie was de eerste kabbalist en in welke bronnen wordt dat bevestigd?

Abraham is de eerste kabbalist en auteur van het 'Boek van de Schepping'. Mozes is de auteur van de 'Torah'. Rabbi Sjimon bar Jochai is de auteur van 'het Boek Zohar'.

AR'I is de auteur van vele boeken. Het belangrijkste is 'het Boom des Levens'. J. Ashlag (Baal Soelam) is de auteur van Talmoed Esser Sfirot, het commentaar op het boek 'het Boom des Levens' ('Ets Chaim') en het commentaar Soelam op 'het Boek Zohar'.

Rabash (rabbi Baruch Ashlag) is de auteur van boeken 'Sjamati', 'Slavej Soelam' en 'Dargot Soelam'.

Kan de Kabbala ons voordeel leveren? Zijn er voorbeelden bekend over een voordeel, dat de Kabbala opleverde?

De Kabbala kan voordeel brengen door het onthullen van de ware wetten van het heelal. Zo ontdekt de mens de mogelijkheden van het effectieve gebruik van zijn krachten en die van de omringende wereld en ziet tevoren de nietigheid van overige pogingen tot ontwikkeling. Op het niveau van een maatschappij hebben wij zulke voorbeelden nog niet gezien, aangezien de Kabbala nog nooit praktisch gerealiseerd werd in enige maatschappelijke groep, sector of staat.

Beschikken kabbalisten over een bovennatuurlijke kracht?

Kabbalist ontvangt van boven krachten voor het beheersen van zijn wens. In de mate van de mogelijkheid om zijn wensen te gebruiken in samenhang met de hoge wet van het heelal, naar de eigenschappen van het geven, ontvangt kabbalist in zijn gecorrigeerde wensen de hogere informatie en vulling met genieting.

Kunnen de Kabbala en kabbalisten mensen van ziekten genezen?

De Kabbala is per definitie de methode van de openbaring van de Schepper aan de mens, die in deze wereld leeft. Naar mate van de onthulling van de Hoge wereld vult een kabbalist zich met het Hoge licht, dat kracht, gezondheid en heil brengt. Ik gebruik deze methode in mijn praktijk voor geneeskundige behandelingen.

Maar aangezien alle mensen onderling verbonden zijn, wordt een kabbalist vóór de volledige correctie van alle mensen en voor het bereiken van de volledige verworvenheid door allen van de volmaaktheid en eeuwigheid soms 'ziek' voor de overigen. Hoewel hij zelf gezond dient te zijn, ziekt hij met hen samen, daar hij een deel van allen uitmaakt.

De wetenschap Kabbala bestudeert de bevatting van het Hoge. De Schepper, de Hoge kracht is dat iets concreets? Heeft het een vorm of verblijfplaats? Kan men het met de vijf zintuigen voelen (zien, aanraken e.d.)?

Vanaf de geboorte beschikken wij over vijf zintuigen: gezichtsvermogen, gehoor, reukzin, smaak en tastzin. Datgene wat wij met onze zintuigen waarnemen noemen wij 'onze wereld'. Wat niet binnen dit bereik van de waarneming valt of niet door een instrument dat het bereik van elk zintuig uitbreidt niet opgevangen wordt, nemen wij niet waar en kennen wij niet. Wij weten zelfs niet, wat ons nog ontbreekt om het volledige beeld te krijgen van wat ons omringt.

Al hetgeen dat door ons niet waargenomen wordt, maar dat buiten ons bestaat, wordt door een aanvullend orgaan opgevangen. Dat aanvullende orgaan is de wortel van alles wat wij waarnemen in onze vijf zintuigen of de Schepper. Sensaties in het zesde zintuig, dat 'scherm en weerkaatst licht' heet, lijken niet op datgene wat in de vijf zintuigen waargenomen kan worden. Aan degene die dit niet waarneemt is onmogelijk uit te leggen, wat het is, of zelfs om een gelijkenis aan deze sensatie onder onze waarnemingen te vinden.

De Schepper wordt dus slechts middels een aanvullend zintuig waargenomen en kan daarom door ons niet beoordeeld worden met criteria als: afmeting, beeld, gewicht, kleur, smaak, consistentie, enzovoort. De taak van de wetenschap Kabbala is om in de studerende mens een aanvullend zintuig te ontwikkelen en hem te onderwijzen hoe het correct te gebruiken.

Een waarneming in dit orgaan heet het geestelijke of het geestelijke leven. De bijzonderheid van het aanvullende orgaan bestaat daarin, dat hoewel een mens het zelf ontwikkelt, terwijl hij deze wereld steeds waarneemt, de waarnemingen van dit zesde zintuig op generlei wijze van de andere vijf zintuigen afhankelijk zijn. Een mens kan afscheid nemen van zijn lichaam en van zijn vijf zintuigen, terwijl het waarnemen middels het zesde zintuig overblijft.

Kan een mens verleden of toekomst zien? Als dat niet kan, hoe verklaart u dat waarzegsters en tovenaars de toekomst soms correct voorspellen? En hoe moeten we aankijken tegen profetische geschriften, uit bijvoorbeeld de Bijbel, waarvan alles is uitgekomen en gaat uitkomen?

Een kabbalist is helemaal geen voorspeller. Inderdaad, velen in onze wereld kunnen de toekomst voorspellen. Dieren voorvoelen natuurverschijnselen al een lange tijd vóór het aanbreken daarvan. Mensen die ver van de beschaving af staan, scherpen hun extrasensorische (in vergelijking met gewone mensen) waarnemingen dermate, dat zij vorige en toekomstige gebeurtenissen kunnen 'zien'.

De Kabbala stelt, dat alle beelden van datgene wat zich in tijd voordoet tegelijkertijd bestaan en slechts voor ons worden uitgevouwen langs de as van tijd. Maar het is mogelijk om boven de tijd te stijgen en dan zullen verleden, heden en toekomst waargenomen worden als gebeurtenissen bij het doorkijken van een filmband, langs welke wij willekeurig met ons blik kunnen glijden, terwijl wij beelden van alles waarvan de afloop vast staat observeren.

De Kabbala zegt ons dat wij gebeurtenissen en hun opeenvolging niet kunnen veranderen, omdat het opgeschreven is in onze geestelijke genen (resjiemo). Maar wij kunnen onze houding tot datgene wat zich voordoet veranderen en dit verandert radicaal ons oordeel over zowel dramatische als vreugdevolle gebeurtenissen.

Maar een kabbalist probeert nooit te zien wat er gaande is. Integendeel, terwijl hij de gebeurtenissen zelf abstraheert, verheft hij zich erboven in zijn houding en ziet hen als manifestaties van het absolute goede bestuur van de Schepper. Hij aanvaardt elke gebeurtenis als uitgaande van de Schepper met het doel om hem naar de eeuwigheid en volmaaktheid te brengen, juist door de ontwikkeling in zichzelf van een houding tot gebeurtenissen, die gelijkend is op de houding van de Schepper ten aanzien van hen (chafets chesed).

Hoeveel tijd is er nodig om het zesde zintuig te ontwikkelen?

Baal Soelam in 'het Voorwoord bij TES' beweert, dat daar een termijn van 3 tot 5 jaar voor nodig. Ik moet toevoegen, dat dit mogelijk is als van de kant van een studerende aan alle voorwaarden voor de correcte voortgang is voldaan. Afhankelijk van ijver kan deze termijn ook korter zijn, hoewel praktijk uitwijst dat bij gunstige omstandigheden daar toch zelfs een termijn van 7-10 jaar voor nodig is.

Weten religies iets over het bestaan van het zesde zintuig? Bestaan er gevallen waarin een religieuze mens, bijvoorbeeld een priester, zich met de Kabbala bezighield en daarbij ook priester bleef?

Degene die zich met de Kabbala begint bezig te houden, ontdekt dat hij zich buiten conventies, riten en tradities van deze wereld bevindt, omdat hij begint in zichzelf dat zintuig (punt in het hart) begint te ontwikkelen, dat op geen enkele manier met deze wereld verbonden is, maar slechts met de Schepper Zelf.

En daarom ontdekt hij voor zichzelf, dat geen enkele tradities, religie of geloof enige betrekking heeft tot de Schepper Zelf of ook maar verband houdt Hem. Zij zijn geschapen door mensen voor psychologisch gemak, ten behoeve van een gevoel van veiligheid, voor de rechtvaardiging voor zijn bestaan en voor een gelegitimeerde invoering van minimale morele principes voor het menselijke bestaan (voor de menselijke samenleving).

Maar aan de andere kant meent de Kabbala ook, dat elke mens nog een behoefte kan voelen naar een rite, terwijl hij zich met de Kabbala bezighoudt. De Kabbala rukt het individu in geen geval los van zijn traditie, maar raadt hem aan om zijn tradities te blijven volgen totdat hij de afwezigheid van de behoefte eraan gaat voelen.

Bovendien verwelkomt de Kabbala de uitvoering van tradities en wetten voor de opvoeding van de mens, waarbij zij meent, dat ze kunnen helpen de mens meer georganiseerd te maken in de periode van het bijbrengen van kabbalistische regels. Dit lukt totdat de sensatie van de Schepper, de Hoge wereld, hem zal aanleren hoe absoluut correct te denken en te handelen.

Bestaat er leven op andere planeten of in het melkwegstelsel? Weet de Kabbala iets daarover?

De Kabbala beweert, dat er geen andere verstandelijke doelgerichte schepping in het heelal is, behalve de mens. Alles is slechts voor de mens geschapen om hem tot het niveau van de Schepper te verheffen. De taak van de mens in de schepping is, om de hem gegeven vrijheid van wil te gebruiken om het door de Schepper vastgelegde Doel middels vrijwillige of noodgedwongen correctie (middels de Kabbala of door het lijden) te bereiken.

Geboorte en dood, hoe verklaart de Kabbala deze begrippen? Wat gebeurt er met een mens wanneer hij sterft. Verhuist zijn ziel in een ander lichaam of komt hij toch terecht in het paradijs of de hel?

Geboorte en dood van het lichaam zijn niet meer dan biologische processen. Bij het sterven van het lichaam sterven zijn vijf zintuigen samen met hem en de waarneming van 'deze wereld' verdwijnt natuurlijk. In het leven van elke gewone mens bestaat het zesde zintuig, ondanks het feit dat het in ieder van ons in het begin slechts als een 'punt' bestaat. Dit is de rudimentaire toestand (slechts in de vorm van resjiemo), waarbij het niets in zich waarneemt.

Na het sterven van het lichaam, na het verdwijnen van de waarnemingen middels de vijf zintuigen, waarborgt het punt van het zesde zintuig een waarneming van het zich bevinden in de wortel, in de Schepper, totdat de volgende inbedding in een biologisch lichaam met zijn vijf zintuigen plaats vindt door de volgende geboorte in deze wereld.

Als de mens echter gedurende zijn leven het zesde zintuig ontwikkelt, dan begint hij al tijdens zijn leven in dat punt de Hoge wereld waar te nemen en hij identificeert zich dermate daarmee, dat het sterven van het lichaam door hem slechts gezien wordt als het verdwijnen van zijn waarneming van slechts een gering pakket van beperkte informatie. Het inbedden in een nieuwgeboren lichaam wordt in zo'n geval een voortzetting tot verdere geestelijke ontwikkeling.

De spirituele ontwikkeling is mogelijk zowel ín het lichaam als buiten het lichaam. De hel en het paradijs zijn toestanden, die waargenomen worden door hem die de Schepper aan het bevatten is: hel - is een volledige verwijdering van de Schepper en paradijs - is een volledige samenvloeiing met de Schepper.

Wanneer verhuist de ziel in een ander lichaam: op het moment van verwekking of op het geboortemoment?

De ziel is een uit de punt ontwikkelde klie (vat, kanaal): een vat tot gelijkenis met de Schepper. Het punt van het streven naar gelijkenis met de Schepper is aanwezig binnen alle wensen van de mens, die wensen van het hart heten, of gewoon binnen het hart. Daarom heet het punt 'punt in het hart'. Indien een persoon door het gebruik van de kabbalistische methode het punt tot afmetingen van een minimaal vat van gelijkenis met de Schepper ontwikkelt, dan begint hij daarin het Hoge licht, dus de aanwezigheid van de Schepper waar te nemen.

Er zijn in totaal vijf niveaus van ontwikkeling van het vat van de ziel: 0 - 1 - 2 - 3 - 4 en elk niveau bepaalt met welk licht wordt dat vat gevuld waardoor een mens een waarneming van de Schepper ervaart. Op die manier wordt de ziel in de mens ingebed, die het zesde zintuig tot een minimale afmeting ontwikkelt.

Tussen de verhuizingen van de ziel in lichamen wordt dan de machsom gekruist?

De machsom is een denkbeeldige grens tussen een waarneming slechts via de vijf zintuigen, dus waarnemingen van 'deze wereld', en een waarneming via het zesde zintuig, dus een sensatie van 'de Hoge wereld'. Het passeren van de drempel tussen waarneming van onze wereld en die van de Hoge werelden is een gebeurtenis van het ontvangen van een minimaal vat van de ziel, een minimum van het hem vullend licht en daarmee een waarneming van de Schepper.

Waar hebben wij het voor nodig om hier vermogens te ontwikkelen, wetenschappen te studeren, ambachten uit te oefenen, vreemde talen te leren enzovoort als dit in het geestelijke toch niet nodig zal zijn?

Deze wereld verschijnt in onze vijf zintuigen als een kopie van de geestelijke wereld; van de toestand van de waarneming in het zesde zintuig. Het verschil ligt slechts in het materiaal, waarop een waarneming plaats vindt: via het egoïstische materiaal (matrijs, scherm) of via het altruïstische. Daarom is de ontwikkeling van het zesde zintuig onmogelijk uit een andere situatie als uit het zich bevinden in waarnemingen van onze vijf zintuigen. Juist uit hen, misschien in weerwil van hen, kunnen wij het zesde zintuig correct ontwikkelen, omdat de verhoudingen tussen de vijf zintuigen en het zesde tegengesteld zijn.

Bestaat er een verstandiger iemand dan de mens?

Het verstand is een voortbrengsel van wensen, die juist het bereiken van het gewenste voorkomt. Aangezien er geen egoïstischer wezen bestaat dan de mens, is er geen verstandiger wezen dan de mens. Naarmate de ontwikkeling van het zesde zintuig voort schrijdt, worden in de mens juist tevens zijn natuurlijke wensen ontwikkeld, om op hen het zesde zintuig op te gaan kweken.

Daarom wordt degene die de Kabbala bestudeert een grote egoïst en een verstandiger wezen dan zijn omgeving. Maar dit is juist dankzij het feit, dat hij hoger gaat en in weerwil van zijn egoïsme handelt. In zo'n geval kan men stellen, dat er is geen verstandiger wezen is dan de kabbalist, die het hele heelal aan het bevatten is van laagten van onze wereld tot de hoogten van de Hoge wereld.

De Kabbala zegt, dat op andere planeten slechts dierlijke en vegetatieve natuur bestaat. Hoe weet de Kabbala dat? Vliegen kabbalisten daar soms?

Binnen de grenzen van ons Heelal is het bestaan van alle vormen van leven mogelijk, zelfs van wezens, die door hun verstand en biologisch aan ons gelijk zijn. Zij bevatten echter niet onze geestelijke essentie, het punt in het hart, de kiem van de ziel, het vat van gelijkenis aan de Schepper. Dat is slechts te vinden in de mens op de planeet Aarde.

Waarom zegt U, dat het onmogelijk is om geestelijke categorieën door aardse begrippen te verklaren. Men kan toch alles met woorden uitleggen?

Met aardse woorden kan men slechts verschijnselen verklaren die deze woorden voortbrengen. Voor elk van onze waarnemingen vinden wij een geschikt woord voor het uitdrukken van die waarneming. Maar als er geen analoog bestaat aan een waarneming in onze wereld, dan is er ook geen naam voor te geven.

Daarom kan men datgene wat in het zesde zintuig wordt waargenomen niet uitdrukken met woorden van deze wereld. Om aan ons een uiterlijke vorm van hun waarnemingen van de Hoge wereld door te geven, gebruiken kabbalisten 'de taal van takken'. Aangezien uit de Hoge wereld krachten neerdalen, gebruiken kabbalisten namen van objecten en handelingen uit onze wereld voor het aanduiden van namen van objecten en handelingen uit de Hoge wereld.

Het probleem bestaat daarin, dat wij bij het lezen van kabbalistische teksten als het ware een relaas over onze wereld lezen, terwijl kabbalisten de Hoge wereld bedoelen. Maar wij zullen niet ontdekken welke objecten en handelingen door kabbalisten bedoeld zijn, voordat wij in een waarneming van de Hoge wereld zullen binnenkomen. Waarvoor dienen wij dan kabbalistische teksten te bestuderen? Dit dient alleen om het Hoge corrigerende licht aan te trekken.

Waarom bestaat er een indeling in geslachten in onze wereld (vrouw en man) en wat voor zin heeft dat?

Om de malchoet, ofwel de wens om te genieten, tot correctie te brengen is het nodig om daarin de eigenschappen van de biena, ofwel de wens om te geven, in te brengen. De malchoet verandert zijn eigenschappen van ontvangen niet in die van geven, maar terwijl de malchoet de eigenschappen van de biena waarneemt, wordt het doordrongen door de wens om zijn eigenschappen aan de biena te doen gelijken. Dat houdt in dat zijn enige mogelijke handeling, het ontvangen van genieting, gelijk wordt aan de handeling van de biena, de Schepper,: het geven.

Het inbrengen van de eigenschap biena in de malchoet wordt bereikt door het breken van het vat (klie, scherm) en door vermenging van eigenschappen van biena en malchoet. Als gevolg daarvan ontstaan in zielen zowel de eigenschappen van de biena - gevende, als die van de malchoet - ontvangende. Men dient beide te corrigeren. Zo doet iedereen dat, die zich corrigeert, waarbij hij zijn ziel corrigeert.

Maar alles wat bestaat in het geestelijke vindt zijn weerklank in materiële objecten en handelingen van onze wereld. Daarom vindt in lichamen van onze wereld een verdeling plaats in lichamen die in het spirituele met de gevende partsoef (geestelijk object) overeenkomen, Zeir Anpien genaamd (afk. Z'A) - man, en de ontvangende partsoef, malchoet - vrouw. Dienovereenkomstig is ook de methoden van correctie van wensen met de intentie 'omwille van zichzelf' in die van 'het geven' verschillend voor elk geslacht. Men dient wel op te merken, dat na een afzonderlijke individuele correctie alle zielen met de Schepper samenvloeien als gelijke en volmaakte zielen.

Bestaan er daadwerkelijk zulke fenomenen als het boze oog, verwensing, aura, heksen, engelen en dergelijke?

Aangezien alle zielen delen van één gemeenschappelijk systeem zijn, namelijk van de ene ziel, die Adam heet, zijn ze in staat om elkaar te beïnvloeden door wederzijdse verhoudingen. Hieruit ontstond met name het boze oog, verwensingen, zegeningen en geestelijke hulp. In de spirituele wereld zijn er delen van de natuur te benoemen als: levenloze, vegetatieve, dierlijke en menselijke, eveneens als in onze wereld.

Allemaal zijn dit geestelijke krachten zonder karakter en vorm. Dienovereenkomstig hun namen zijn: levenloze - heichalot (vertrekken); vegetatieve - levoesjiem (bekledingen); dierlijke - malachiem (engelen); mens - nesjamot (zielen). Slechts in onze wereld bestaat er een kracht, een eigenschap, die in een lichaam is ingebed. In de geestelijke wereld zijn alle objecten en handelingen krachten zonder enig individueel karakter.

Waarom slaapt een mens. Wat is een droom en wat gebeurt er met een mens tijdens zijn slaap?

Alle eigenschappen, verrichtingen, toestanden in de geestelijke werelden vinden hun afbeelding in materiële objecten in onze wereld in een materiële kopie. In de Hoge wereld kan een ziel zich in een kleine vulling met licht bevinden (katnoet) of in een grote (gadloet). Een kleine toestand wordt benoemd als prenataal, voeding met borst, pubertijd. Een grote toestand wordt benoemd als in rijp en ouderdomstoestand. In elke van deze toestanden bestaat tevens een toestand van de droom: een tijdelijke uitstorting van essentiële massa's van licht uit een ziel.

Is de Kabbala op een of andere manier met andere geestelijke stromingen verbonden, bijvoorbeeld, met sjamanisme, en dergelijke?

Nooit en op geen enkele manier was de wetenschap Kabbala verbonden met welke mystieke, religieuze, 'geestelijke' stroming dan ook. De Kabbala is de wetenschap is over de natuur van de Hoge wereld, die zich onthult naarmate in de mens het zesde zintuig, het scherm, ontwikkeld wordt. Het medium van het onderzoek is scherm. De methode van dat onderzoek heet wetenschap Kabbala.

Het te onderzoeken object is de Schepper ofwel de Hoge wereld, hetgeen hetzelfde is. Een waarneming van de Schepper noemen wij een waarneming van de Hoge wereld of werelden. Geestelijke traptreden zijn maten van waarneming van de Schepper. Of nog preciezer: berhaupt alles dat door ons waargenomen wordt, is in wezen niets anders dat een waarneming van de Schepper in onze klie, in onze wens. Zelfs vóór het beheersen van een scherm neemt een mens de Schepper waar in de vorm van deze wereld. Daarom noemt men zo'n waarneming 'het verborgen zijn van de Schepper'.

Welk verschil bestaat er tussen de Kabbala en de gewone psychoanalyse?

Alles wat begrijpelijk is, is conform de waarheid voor allen die aan het bevatten zijn. Dit kan opgeschreven worden en kan door iedereen gereproduceerd worden, die over dezelfde mogelijkheden beschikt, namelijk een ontwikkeld scherm. De psychoanalyse houdt zich bezig met analyse van aardse natuurlijke eigenschappen van de mens, behorende tot het niveau van onze wereld. De Kabbala houdt zich bezig met het verkrijgen van een nieuwe, hoge eigenschap.

Bestaat er een verschil tussen de Kabbala en andere geestelijke stromingen en confessies?

Alles behalve de wetenschap Kabbala houdt zich bezig met bestudering van de menselijke psyche, met methoden tot het bereiken van een groter psychologisch gemak. Alleen de Kabbala houdt zich bezig met de onthulling van de Schepper aan de mens. Kabbala stelt zich alleen dat ten doel en in geen geval het verbeteren van de egoïstische toestand van de mens in deze wereld en in dit leven.

Men zegt dat het Tarotspel zijn oorsprong heeft in kabbalistische bronnen. Is dat waar?

In de Kabbala worden dergelijke methoden nooit en nergens toegepast. De Kabbala zelf verbiedt elke waarzeggerij of de bezigheid met waarzeggerij. Dat druist in tegen de aard van de onderzoekingen van kabbalist, die juist zelf vrijwillig zijn ogen voor alles sluit om de Hoge klie - de biena, het geven, te verkrijgen in plaats van kennis.

Mensen die een klinische dood overleefden zeggen, dat ze een tunnel zien, licht en dergelijke? Wat gebeurt er met een mens die sterft. Komt hij in de hel of in het paradijs terecht?

Na het sterven van lichaam, dus het ophouden met ontvangen van informatie via de vijf lichamelijke zintuigen, blijft van 'Ik' (malchoet) in de mens slechts een sensatie via het punt in het hart ter beschikking over: de eigenschap biena. Een waarneming daarbinnen is een minimaal geestelijke; een waarneming van het zich bevinden in zijn wortel, de Schepper, het punt. In deze toestand stormt een waarneming op de mens af, na het verdwijnen van de waarnemingen met vijf aardse zintuigen.

Men dient op te merken, dat een kabbalist, omdat hij uit het punt een vat ontwikkelde, daarin het Hoge licht ontvangt waarbij de sensatie bewust, onafgebroken en bestuurbaar is. Zijn waarneming is in miljarden maal groter is dan die van degenen, die een klinische dood ondergaan.

Verklaart de Kabbala op een of andere manier zulke verschijnselen als telepathie of verplaatsing in een ruimte tijdens een trance?

De Kabbala verklaart berhaupt niets over bekende fenomenen van toestanden van 'trance', over 'het vertrekken naar een andere wereld', over 'verplaatsing in ruimte' enzovoort. De Kabbala houdt zich bezig alleen met onderzoekingen van de Schepper en de methode van toenadering en samenvloeiing met Hem, evenals de methode van gelijkschakeling van eigenschappen van de ziel aan die van de Schepper. Als kabbalist meen ik dat bovengenoemde verschijnselen niet meer zijn dan psychologische, psychosomatische, innerlijke opwindingen en belevenissen van een mens, maar op generlei manier reëel bestaand.

Hoe is het begrip van goed en kwaad vanuit het gezichtspunt van de Kabbala. Hoe beoordeelt de Kabbala het kwaad, dat op onze aardse wereld bedreven wordt, maar welk kwaad in goed veranderde, bijvoorbeeld door een mens die opzettelijk een mug doodde, waarbij hij de wereld van een malaria redde, terwijl hij dat niet wist?

Goed: dat is de eigenschap van de Schepper, net als geven en welbehagen (dit is mogelijk maar niet in ons egoïstische begrijpen). Kwaad is alles, dat aan de eigenschappen van de Schepper tegengesteld is. Alles dat een mens in de weg staat om de eigenschappen van de Schepper te bereiken. Het Goed en Kwaad dat in de wereld bedreven wordt, wordt onbewust gedaan, door van boven ingeplante eigenschappen.

Niemand onder de mensen heeft daar vrijheid van wil tegen. Vandaar dat ook alle 'goede' daden van het type 'bevrijding van de mensheid van malaria' als geen daden van een mens worden beschouwd, maar als die van de Schepper. Handelingen van de mens beginnen vanaf zijn realisatie van vrijheid van wil, wanneer de Schepper hem aanwijst hoe tot Hem naderen en de mens bereid is om inspanningen in deze richting te leveren.

Is alles in onze wereld voorbestemd, bijvoorbeeld, dat ik president of straatveger dien te worden of om met een bepaalde mens te trouwen?

Alles is absoluut voorbestemd. Vrijheid van wil is slechts te vinden in de mogelijkheid tot versnelling van de weg naar het vooraf door de Schepper ingeplande Doel langs een vooraf ingeplande weg. Maar het individuele streven naar het Doel dat door de Schepper ingeplant is, vormt in een mens eigenschappen die op de Schepper lijken en verheft hem tot het niveau van de Schepper: het eeuwige, oneindige niveau van alombevatting.

Als ik mij met de Kabbala zal bezighouden, zal het mij op een of ander manier in het leven helpen? Zal ik minder ziek zijn of succesvoller worden?

Dat is heel betrekkelijk. Omdat alles in de wereld nog niet gecorrigeerd is ontvangt een individuele correctie van ieder van ons toch afwijkingen of negatieve invloeden van niet gecorrigeerde zielen. Daarom zullen ook kabbalisten ziek worden en doodgaan.

Waarom hebben sommige mensen geluk en anderen niet? Waarom is iemand rijk en beroemd, maar een ander stratenveger is? Waarom is de ene in een rijk, welgesteld gezin geboren en de ander in een arm gezin? Waarom gaat iemand op jonge leeftijd dood en een ander in de ouderdom? Waar hangt dit van af en waar is het voor nodig?

Dit wordt bepaald door een wortel van elke afzonderlijke ziel in de gemeenschappelijke ziel van Adam (de Eerste mens), door het verband met andere zielen en overige factoren, die nodig zijn voor de correctie van elke afzonderlijke ziel.

De Kabbala onderzoekt deze redenen in het algemeen niet, hoewel ze gedeeltelijk bestudeerd en uiteengezet worden in het onderdeel 'Theorie over de circulatie van levens', omdat deze gebeurtenissen, die zich over zielen voordoen, niet onderhevig zijn aan invloeden vanuit de mens. De vrijheid van wil van de mens kan en moet gerealiseerd worden in het volle nastreven van nadering met de Schepper door de gelijkenis van eigenschappen.

Waarom is de drang tot vernietiging de mens meer eigen dan die van het opbouwen?

Dat komt omdat in het neerdalen van boven, uit de oneindige wereld in onze wereld, de ziel van Adam het breken van scherm doorliep en als gevolg daarvan veranderde de intentie om te geven in de tegengestelde wens om te ontvangen. In zo'n toestand dalen door het egoïsme van elkaar verdeelde zielen in onze wereld neer en het gevolg van deze innerlijke toestand observeren wij in alle daden van de mens.

Kunt u opnoemen, hoeveel van de mensen die zich met de Kabbala bezighouden leerlingen zijn die in het geestelijke zijn uitgekomen en hoe zij heten?

Onder mijn leerlingen zijn er zulke. Meer precieze gegevens mag ik niet geven.

Bestaat er een gebed in de Kabbala?

Het zich richten tot de Schepper om hulp en slechts te vragen om het ontvangen van kracht om de intentie omwille van zichzelf in die van het geven omwille van de Schepper te corrigeren, is een daadwerkelijk effectief gebed. Alle wensen van iedereen in de wereld, van alle schepselen, levenloze, vegetatieve, dierlijke en mensen rijzen op naar de Schepper en elke ervan ontvangt een weerklank.

Maar het antwoord op een gebed om nadering tot de Schepper is in miljarden malen sterker aangezien slechts dat overeenkomt met het scheppingsplan. Overige gebeden lijken op een verzoek aan de Schepper om het Kwaad uit te bannen, dat Hij zelf veroorzaakt. Het is begrijpelijk, dat niet zulke verhoudingen ingepland waren als het Doel van de schepping.

Hoe kan men zich datgene voorstellen dat onmogelijk is zich voor te stellen, zoals tijd en ruimte?

Tijd verdwijnt bij snelheden boven de lichtsnelheid, de allerhoogste in onze wereld. Tijd in de Hoge wereld, dat is hoeveelheid zich voorgedane handelingen. Bijvoorbeeld '6000 jaren', daarmee worden bedoeld 6000 achtereenvolgende verrichtingen. Ruimte, dat is een wens. Die kan leeg zijn, vol, kan ontbreken en kan geboren worden.

 

Kabbalah Library

Delen